News

De Raad van State intervenieert in beslissingen over arm gas

Nadat er microaardbevingen werden vastgesteld die a priori verband houden met de winning van arm aardgas (L-gas) uit de ondergrondse vindplaats in Groningen, nam de Nederlandse regering in 2016 en 2017 twee besluiten om de aardgasproductie van deze vindplaats te beperken van een toegestaan maximum van 39,4 bcm (miljard m3)  tot 21,6 bcm. Deze beslissingen hadden als neveneffect dat de geleidelijke vermindering van de Nederlandse export van arm gas naar België en de volledige stopzetting ervan tegen 2030 werden aangekondigd.

1801 Conseil Etat Nederland.pngOp 15 november 2017 trok de Nederlandse Raad van State deze twee besluiten in en oordeelde dat het verband tussen de gasexploitatie in Groningen en de waargenomen frequentie van aardbevingen en de daaruit voortvloeiende risico's onvoldoende gemotiveerd was.

Hierdoor moet de Nederlandse regering een nieuw besluit nemen voor het gasjaar 2018/2019 en de daaropvolgende jaren, met een gedetailleerde motivering van het verband tussen het toegestane productiepeil en de daaraan verbonden risico's (aardbevingen, veiligheid van mensen, gebouwen, enz.).

Inmiddels is door de Nederlandse Raad van State een voorlopige maatregel genomen om de Groningse productiegrens van 21,6 bcm voor het gasjaar 2017/2018 te handhaven.

Volgens de Nederlandse autoriteiten hebben deze juridische struikelblokken geen gevolgen voor de Belgische bevoorradingszekerheid van arm aardgas. Ook veranderen ze niets aan het voornemen van Nederland om de export van dit soort gas tegen 2030 definitief stop te zetten en wijzigen ze bijgevolg op geen enkele wijze het in ons land aan de gang zijnde proces om geleidelijk van arm naar rijk gas om te schakelen.